U bent hier
Aanpassing huurprijzen sociale woningen.
Vanaf 1 januari 2020 veranderden de prijzen van sociale huurwoningen. Enkel woningen van sociale huisvestingsmaatschappijen vallen onder deze nieuwe regeling. De vorige Vlaamse Regering besliste om de sociale huurprijzen anders te berekenen, op vraag van de sociale huisvestingsmaatschappijen. De nieuwe berekening zorgt een objectievere en eerlijkere benadering van de huurprijs. Na een evaluatie door Vlaams minister van Wonen Matthias Diependaele komen er nu extra tegemoetkomingen voor inwonende volwassen kinderen met een beperking.
De nieuwe prijzen gaan uit van drie criteria: energiezuinigheid, het inkomen van de huurders en de marktwaarde van de woning.
Energiezuinigheid - Woningen waarvan het verwachte energieverbruik lager ligt dan dat wat als referentie voor dat type woning wordt genomen, zullen een toeslag moeten betalen.
In de berekening wordt rekening gehouden met het effect waarbij huishoudens de neiging hebben net meer te verbruiken in een energiezuinige woning. Het verschil tussen het verwachte verbruik en de referentie wordt doorgerekend aan sociaal tarief.
De energiecorrectie is altijd lager dan het bedrag dat de huurder uitspaart op zijn energiefactuur als gevolg van zijn energetische woning.
Inkomen van de huurders - Voortaan wordt er rekening gehouden met de inkomsten van alle gezinsleden, met uitzondering van de kinderbijslaggerechtigde kinderen. Voor inwonende volwassen kinderen met een beperking wordt tot een maximum van 11.500 euro niet mee in de berekening van de huurprijs genomen. Daarnaast kent men een extra gezinskorting toe aan huurders met een inwonend volwassen kind met een beperking.
Marktwaarde van de woning - De marktwaarde wordt voortaan bepaald aan de hand van een objectief schattingsmodel. Op basis van de marktwaarde van de woning wordt een korting voorzien. Hoe meer de woning waard is, hoe lager de korting. Dat zorgt ervoor dat iemand met eenzelfde inkomen die een duurdere woning huurt een iets hogere huurprijs betaalt. De waarde van de woning ligt voor maximaal negen jaar vast in de huurovereenkomst.